Uitspraak 19-008 Zittingstermijnen, adviesrecht invoering nieuwe medezeggenschapsstructuur, vergoeding kosten advocaat

Een lokale cliëntenraad is het niet eens met de inhoud en wijze waarop een nieuwe medezeggenschapsstructuur bij de zorgaanbieder wordt ingevoerd waarbij een werkgroep en de centrale cliëntenraad (CCR) het voortouw hebben mogen nemen. De zorgaanbieder geeft aan te wachten op een voorstel van de werkgroep en de CCR en voornemens te zijn de lokale raden hierover vervolgens nog verzwaard advies te gaan vragen. De LCvV is het met de lokale raad eens dat van dit voornemen niet is gebleken totdat de onderhavige procedure werd opgestart. Omdat de lokale raad bij de zorgaanbieder noch de CCR gehoor vond voor diverse klachten, zorgen en signalen, heeft hij uiteindelijk aangevoerd dat de CCR alle werkzaamheden diende te staken vanwege niet naleving van diverse reglementaire bepalingen waardoor diverse CCR leden niet rechtsgeldig deelnemen in die raad. Maximale zittingstermijnen dienen een belangrijk doel, te weten het voorkomen van rolvervaging en verminderde scherpte.

De LCvV overweegt en concludeert dat van twee CCR leden inderdaad inmiddels de maximale zittingstermijn is overschreden. Hun lidmaatschap dient beëindigd te worden aangezien niet is gebleken van zwaarwegende redenen om dit lidmaatschap nog verder te verlengen. De CCR kan ook na het vertrek van deze twee leden zijn werkzaamheden wel voortzetten aangezien de raad dan wel op voldoende sterkte blijft en de lokale raden die het betreft voor nieuwe afvaardiging ter vervanging kunnen zorgen. De zorgaanbieder zal de toezegging omtrent het nog vragen van verzwaard advies gestand moeten doen aangezien er anders geen rechtsgeldige wijzigingen in de medezeggenschap (-structuur, -reglementen, overeenkomsten) doorgevoerd kunnen worden. In de huidige regelingen van de zorgaanbieder is een bovenwettelijk recht op vergoeding van kosten voor advies en rechtsbijstand opgenomen zodat de zorgaanbieder gehouden is de facturen van de door de lokale raad ingeschakelde advocaat te voldoen.

Een lokale cliëntenraad is het niet eens met de inhoud en wijze waarop een nieuwe medezeggenschapsstructuur bij de zorgaanbieder wordt ingevoerd waarbij een werkgroep en de centrale cliëntenraad (CCR) het voortouw hebben mogen nemen. De zorgaanbieder geeft aan te wachten op een voorstel van de werkgroep en de CCR en voornemens te zijn de lokale raden hierover vervolgens nog verzwaard advies te gaan vragen. De LCvV is het met de lokale raad eens dat van dit voornemen niet is gebleken totdat de onderhavige procedure werd opgestart. Omdat de lokale raad bij de zorgaanbieder noch de CCR gehoor vond voor diverse klachten, zorgen en signalen, heeft hij uiteindelijk aangevoerd dat de CCR alle werkzaamheden diende te staken vanwege niet naleving van diverse reglementaire bepalingen waardoor diverse CCR leden niet rechtsgeldig deelnemen in die raad. Maximale zittingstermijnen dienen een belangrijk doel, te weten het voorkomen van rolvervaging en verminderde scherpte.

De LCvV overweegt en concludeert dat van twee CCR leden inderdaad inmiddels de maximale zittingstermijn is overschreden. Hun lidmaatschap dient beëindigd te worden aangezien niet is gebleken van zwaarwegende redenen om dit lidmaatschap nog verder te verlengen. De CCR kan ook na het vertrek van deze twee leden zijn werkzaamheden wel voortzetten aangezien de raad dan wel op voldoende sterkte blijft en de lokale raden die het betreft voor nieuwe afvaardiging ter vervanging kunnen zorgen. De zorgaanbieder zal de toezegging omtrent het nog vragen van verzwaard advies gestand moeten doen aangezien er anders geen rechtsgeldige wijzigingen in de medezeggenschap (-structuur, -reglementen, overeenkomsten) doorgevoerd kunnen worden. In de huidige regelingen van de zorgaanbieder is een bovenwettelijk recht op vergoeding van kosten voor advies en rechtsbijstand opgenomen zodat de zorgaanbieder gehouden is de facturen van de door de lokale raad ingeschakelde advocaat te voldoen.

Aanmaakdatum: 12-09-2019

Gerelateerde documenten

Uitspraak 14-001 Diverse geschillen en vastgelopen samenwerking

Een cliëntenraad verzoekt de LCvV een uitspraak te doen over groot aantal zaken waarover een meningsverschil met de zorgaanbieder bestaat.
De zorgaanbieder vraagt of het geoorloofd is wanneer hij de samenwerkingsovereenkomst met deze cliëntenraad zal opzeggen.

De LCvV heeft de voorgelegde geschilpunten bekeken en over een ..

Uitspraak 14-003 Medezeggenschapsgeschil na faillissement, reikwijdte van de WMCZ in een vennootschapsconstructie

Een grote aanbieder van zorg aan verstandelijk gehandicapten gaat failliet. De zorg aan jeugd en volwassenen wordt vervolgens door verschillende partijen overgenomen. De volwassenenzorg wordt voortaan verleend door een nieuwe, speciaal hiervoor in het leven geroepen besloten vennootschap. Deze vennootschap beschikt over een WTZi toelating en is eigendom van ..

Uitspraak 11-002 Herinrichting medezeggenschap na fusie en wijziging bij uitgave cliëntenblad

Zorgaanbieder krijgt van twee centrale cliëntenraden geen positief advies over het vaststellen en invoeren van een nieuw reglement ex art. 2 lid 2 WMCZ. Nu blijkt dat geen sprake zal zijn van een wezenlijke verandering in de structuur en medezeggenschapsverdeling ten opzichte van de situatie voor fusie, acht de ..

Uitspraak 11-003 Vrijwilligers als lid van een cliëntenraad

Een zorgaanbieder kan in redelijkheid besluiten een bepaling in het art. 2 tweede lid sub aWMCZ reglement op te nemen die vrijwilligers (onbezoldigd medewerkers) uitsluit van cliëntenraadslidmaatschap. Dit omdat betreffende vrijwilligers in vergelijkbare relatie tot zorgaanbieder staan als betaalde medewerkers en waardoor conflict van plichten of belangenverstrengeling niet denkbeeldig is. 

Informatie

Dit is de website van de Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden (LCvV). De LCvV wordt in stand gehouden door diverse brancheorganisaties van zorgaanbieders en organisaties voor cliëntenraden in de zorg. Met vragen of opmerkingen over deze site kunt u contact opnemen met de secretaris van de LCvV.