Uitspraak 15-001 Verzwaard adviesrecht bij besluit tot meewerken aan reality tv serie

Een zorgaanbieder is benaderd door een tv producent met verzoek om mee te werken aan de totstandkoming van een reality tv-serie. Deze serie zou moeten bijdragen aan meer bekendheid over psychiatrische stoornissen en aan destigmatisering van psychiatrische patiënten.

Het idee is dat er een bekende Nederlander wordt opgenomen in een kliniek en daar in gesprek gaan met patiënten.

Zorgaanbieder stemt in met proefopname op één locatie en betrekt de betreffende cliëntenraad daarbij en vervolgens ook bij de definitieve besluitvorming over het meewerken aan deze serie.

Op een later moment wordt op verzoek van de tv producent een tweede locatie in een andere regio van zorgaanbieder aan het project toegevoegd.

De cliëntenraad die voor die locatie is ingesteld wordt pas heel laat op de hoogte gesteld dat er hier binnenkort gefilmd zal gaan worden en naar diens daarop volgende negatieve advies en het inroepen van de nietigheid wordt niet geluisterd.

Zorgaanbieder is van oordeel dat zorgvuldigheid is betracht door de cliëntenraad van de eerste locatie heel uitgebreid te betrekken (ondanks dat hierop volgens zorgaanbieder adviesrecht niet van toepassing is).

De cliëntenraad van de tweede locatie stelt zich op het standpunt dat het besluit niet strookt met privacywetgeving en de daarop gebaseerde instellingsprotocollen over cameragebruik binnen de instelling. De LCvV is het daar mee eens en oordeelt dat de manier waarop de eerste cliëntenraad is betrokken wel degelijk volgens de WMCZ is verlopen en dat derhalve naar de cliëntenraad van de andere locatie ook geluisterd had dienen te worden. Verder past het besluit inderdaad niet in het uitgebreide privacyprotocol van de zorgaanbieder, en daarbij wordt er in branchenormering en literatuur over dit soort tv producties in de gezondheidszorg gewezen op de ethische dilemma's en opgeroepen tot zorgvuldigheid en terughoudendheid. Alles bij elkaar vindt de LCvV dat dit een zwaarwegend besluit is waarop verzwaard adviesrecht van toepassing geacht kan worden.

Een zorgaanbieder is benaderd door een tv producent met verzoek om mee te werken aan de totstandkoming van een reality tv-serie. Deze serie zou moeten bijdragen aan meer bekendheid over psychiatrische stoornissen en aan destigmatisering van psychiatrische patiënten.

Het idee is dat er een bekende Nederlander wordt opgenomen in een kliniek en daar in gesprek gaan met patiënten.

Zorgaanbieder stemt in met proefopname op één locatie en betrekt de betreffende cliëntenraad daarbij en vervolgens ook bij de definitieve besluitvorming over het meewerken aan deze serie.

Op een later moment wordt op verzoek van de tv producent een tweede locatie in een andere regio van zorgaanbieder aan het project toegevoegd.

De cliëntenraad die voor die locatie is ingesteld wordt pas heel laat op de hoogte gesteld dat er hier binnenkort gefilmd zal gaan worden en naar diens daarop volgende negatieve advies en het inroepen van de nietigheid wordt niet geluisterd.

Zorgaanbieder is van oordeel dat zorgvuldigheid is betracht door de cliëntenraad van de eerste locatie heel uitgebreid te betrekken (ondanks dat hierop volgens zorgaanbieder adviesrecht niet van toepassing is).

De cliëntenraad van de tweede locatie stelt zich op het standpunt dat het besluit niet strookt met privacywetgeving en de daarop gebaseerde instellingsprotocollen over cameragebruik binnen de instelling. De LCvV is het daar mee eens en oordeelt dat de manier waarop de eerste cliëntenraad is betrokken wel degelijk volgens de WMCZ is verlopen en dat derhalve naar de cliëntenraad van de andere locatie ook geluisterd had dienen te worden. Verder past het besluit inderdaad niet in het uitgebreide privacyprotocol van de zorgaanbieder, en daarbij wordt er in branchenormering en literatuur over dit soort tv producties in de gezondheidszorg gewezen op de ethische dilemma's en opgeroepen tot zorgvuldigheid en terughoudendheid. Alles bij elkaar vindt de LCvV dat dit een zwaarwegend besluit is waarop verzwaard adviesrecht van toepassing geacht kan worden.

Aanmaakdatum: 15-01-2015

Gerelateerde documenten

Uitspraak 19-007 Vergoeding voor dagbesteding, werk- en leeractiviteiten

Een zorgaanbieder is voornemens te stoppen met het uitbetalen van een vergoeding aan cliënten die deelnemen aan dagbesteding, werk- of leeractiviteiten. De zorgaanbieder ziet zich hiertoe genoodzaakt omdat Wmo zorginkoopcontracten van gemeentes hem het uitbetalen van dergelijke vergoeding verbieden. De cliëntenraad voert aan dat het gaat om kleine bedragen ..

Uitspraak 23-003 Regeling persoonsgebonden was

Een grote instelling voor ouderenzorg wil een nieuwe regeling gaan invoeren voor de persoonsgebonden was van de bewoners. Er zijn op dat moment drie verschillende regelingen in van toepassing die de zorginstelling wil gaan uniformeren. Ook zal de nieuwe regeling ervoor moeten zorgen dat de instelling niet langer een ..

Uitspraak 17-002 Stop op alcoholverkoop

Een zorgaanbieder wil stoppen met de verkoop van licht alcoholische dranken op een locatie waar cliënten komen voor dagbesteding, ontspanning en welke locatie ook aan derden verhuurd wordt. De Centrale Cliëntenraad (CCR) adviseert om niet volledig te stoppen met de verkoop maar de verkoop nog nader te reguleren. De ..

Uitspraak 13-003 Besluit broodgeld niet meer in contant uit te betalen

Zorgaanbieder wil in het kader van harmonisatie van diverse diensten en regelingen, dat bewoners van verzorghuizen hun boodschappen voor de broodmaaltijden in instellingswinkeltjes halen voor een bepaald maandelijks saldo (een fictief bedrag op de winkelrekening).

Bewoners van een verzorgingshuis zijn het daar niet mee eens, zij willen ..

Informatie

Dit is de website van de Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden (LCvV). De LCvV wordt in stand gehouden door diverse brancheorganisaties van zorgaanbieders en organisaties voor cliëntenraden in de zorg. Met vragen of opmerkingen over deze site kunt u contact opnemen met de secretaris van de LCvV.